Afgelopen woensdag vond in Amsterdam voor een select groepje geïnteresseerden de Nederlandse introductie van de Polestar 4 plaats. Ondergetekende was aanwezig en deed zo ook een eerste indruk op van dit voor Polestar zo belangrijke model.
Voor het event in de Polestar Space Amsterdam was de mede van Autovisie bekende journalist Werner Budding gestrikt om het geheel aan elkaar te praten. Zo werd de ronkende vermelding gedaan dat het Britse AutoExpress schijnbaar na hun eerste indruk met de auto aangaven dat alle mensen met een pre-order voor de nieuwe (ook elektrische) Porsche Macan (vanaf 88k in NL) wel in konden pakken. Daarover later meer. Ook werd, terecht, aan de kaak gesteld hoe ‘Chinees’ dit nieuwe product van Polestar nu eigenlijk was. Dat wel zonder daarbij het verboden woord van de avond, namelijk Zeekr, te benoemen.
Kort over de auto; de eerste indruk is goed. De al bekende specificaties zijn inmiddels geen nieuws meer (RWD 272pk / AWD 544pk / 100Kwh accu) en keurig in lijn met waar de concurrentie in dit segment zoal mee komt. De vraag is natuurlijk hoe de auto nu in het echt oogt; en hoe de kwaliteitsbeleving is bij een product wat start op ongeveer 64 mille. Het design is in het echt smaakgevoelig, maar lijkt geslaagd. De verhoudingen kloppen en de auto oogt breed en sportief zonder overdreven lomp te worden. De gigantische velgen van de showauto helpen daarbij natuurlijk, maar de kleur was eenvoudig wit. Qua formaat zit de auto gevoelsmatig dicht bij de Hyundai Ioniq 5 / Kia EV6 in de buurt; wel duidelijk groter dan de Polestar 2 dus.
Van binnen biedt de auto een prettig omsloten gevoel, waarbij de zitpositie uiteraard hoger is dan in een Hyundai Ioniq 6 of BMW i4 maar toch duidelijk meer crossover dan SUV ademt. Materiaalgebruik en afwerking is van een keurig niveau en her en daar zien we bekende onderdelen uit de Zeekr 001. Achter is de ruimte gezien de lijn van de auto indrukwekkend, mede door de bijzondere constructie van de achterruit (die dus mist, voor een ieder die het nog niet gelezen had). Uiteraard zullen rij-eigenschappen en werking infotainment pas echt goed beproefd kunnen worden zodra testritten mogelijk zijn, wat naar verwachting zomer dit jaar het geval is.
Het meest interessante van deze auto is natuurlijk de positionering, en daar heb ik met de aanwezige marketinggoeroe’s van Polestar ook de meeste woorden over gewisseld. Uiteraard moest er op dit gebied een kritische noot gekraakt worden; hoe kan het immers zo zijn dan de technisch gelijke Zeekr 001 in de topuitvoering te boek staat voor 72k en de Polestar 4 met alle optiepakketten circa 94 mille (!!) op moet brengen? Buiten het gebruikelijke obligate praatje over merkidentiteit zat dat volgens de aanwezige Polestar reps vooral in betere onderdelen voor het onderstel, meer R&D kosten voor de software, en fraaiere materialen.
Nu is er op het materiaalgebruik in de Polestar inderdaad weinig af te dingen, maar dat geldt ook voor de Zeekr 001. Onderstelcomponenten wil ik geloven, maar valt pas te controleren na het rijden. Blijft de software over; en daar ben ik geneigd Polestar punten te geven gezien feit dat de eerste reacties op de Zeekr software niet echt geweldig lijken (en dan zijn we voorzichtig). Toch is dit punt wat mij betreft geen prijsverschil van 20.000 (!) waard. Het kan zijn dat de Polestar een interessante concurrent is voor de Porsche Macan, maar dat is een vrij boude bewering die nu nog niet hard te maken is. Eigenlijk lijkt de P4 het meest interessant op het prijspunt waar de lijst begint: 64k. Goedkoper dan de Zeekr, veel goedkoper dan de Macan (88k) en de Audi Q6 (77k), maar wel goed gebouwd op een (zeer) capabel SEA platform.
Voor 95-100k zit je in ‘premium vaarwater’ en heb je nog steeds een auto die in de basis veel goedkoper begint. Daarmee worden de sterke eigenschappen van het basismodel relatief zwakker in vergelijking tot concurrentie en wat voor die prijs gangbaar is. De eisen liggen in dit prijssegment immers ook een stuk hoger, en kan de Polestar dan nog meekomen? Nog los van het feit dat de Porsche badge ongetwijfeld begeerlijker is voor de merkgevoelige kopers in dit deel van de markt (en dat zijn er hoopjes) denken we dat de value-for-money verhouding in deze situatie voor Polestar minder sterk is en men daarom de hand wellicht overspeelt.
Wordt vervolgd!